Kiezen voor inclusiviteit
Wekelijkse inspiratie door Bert Wiegman – 5 september 2021
Deze weken gaat de jeugd weer naar school. Dat krijgt een extra dimensie nu ze weer naar school mógen. Voorzichtigheid is nog wel even geboden. Het elkaar weer treffen is leuk en lastig tegelijk. Nu iedereen dichterbij komt, moeten we daar opnieuw aan wennen. Eigenlijk was het wel makkelijk dat anderen op afstand bleven. Hoe werk je dichtbij samen? Als jongere en ook als volwassene? Echte interesse in elkaar kan daarbij helpen. Evenals het stellen van goede vragen en daarbij de ander de ruimte geven te antwoorden. ‘Kun je me dat uitleggen?’, zou je kunnen vragen in plaats van het gesprek af te kappen met: ‘Dat is jouw mening’.
Inclusiviteit vraagt waakzaamheid
Er is zo’n uitspraak: alleen ga je sneller, samen kom je verder. En die lijkt voor heel veel situaties in het leven op te gaan. Samengaan vraagt wel oefening. Want soms moet er op jou gewacht worden en soms moet jij op anderen wachten.
De afgelopen twee weken waren er zomerkampen voor jongeren van twaalf tot vijftien jaar. Het was prachtig om te zien hoe zorgvuldig en zorgzaam zij waren. Niet alleen in de omgang met elkaar maar ook met de oudere mensen die ze een dagdeel bezochten. En uiteraard hadden ze ook veel plezier. Al jaren is het thema van elk zomerkamp dat zij alles samendoen en niemand buitensluiten. Dat ervaren ze als bijzonder en het sterkt ze voor de toekomst.
Er hoeft dus niet tegenover ieder wij een zij te ontstaan waardoor mensen worden uitgesloten. Dat vraagt wel wat: allereerst voortdurende waakzaamheid. En ook eerlijk delen. Wil ik nog verbinder zijn? Wil ik nog helen? Wil ik nog kiezen voor inclusiviteit? Ik heb bij de jongeren gezien dat het kan. Zij kiezen ervoor om samen op te trekken en samen te creëren.
Ook aandacht voor jezelf
Echt samengaan vraagt ook innerlijke vrede: ben ikzelf in balans? Is mijn aandacht voor werk, geliefden, vrienden en mijzelf goed verdeeld? Helt de schaal niet naar te veel stress of juist te weinig inzet? Creëer ik de momenten waarop ik tot rust kan komen en ik niet geleefd word maar leef? Waar pas ik en waar kan ik bijdragen aan deze wereld?
Met verbeelding en moed in beweging komen
Inclusiviteit vraagt een tegengeluid tegen verruwing. Ongetwijfeld kijken we daarbij naar wat anderen voor betekenisvol werk doen. Maar laten we vooral niet vergeten naar onszelf te kijken. Al in Matteüs1 zegt Jezus tot zijn leerlingen: ‘Waar twee of drie in mijn naam bijeen zijn, daar ben ik.’ Hij zegt ermee: het is met jou en mij mogelijk een gezindheid van inclusiviteit te creëren en te bewaren. Hopelijk kunnen we ons nog verbeelden dat het mogelijk is om in vrede te leven, met mensen, álle mensen. Er is verbeelding nodig als voorwaarde voor beweging. Verbeelding en moed! Moed om te knielen, eerbied te hebben voor alles wat leeft en moed om te staan voor een samenleving waarin elk mens telt. Marieke Lucas Rijneveld eindigt in diens gedicht met de oproep om daarin te blijven geloven.
(…) jij wilt juist verbroedering, je wilt één vuist, en wellicht is je hand
nu nog niet krachtig genoeg, of moet je eerst die van de ander
vastpakken om te verzoenen, moet je daadwerkelijk de hoop voelen
dat je iets doet wat de wereld zal verbeteren, al moet je dit niet
vergeten: kom na het knielen weer overeind en recht samen de rug.2
Bert Wiegman
Bestuursvoorzitter Apostolisch Genootschap
1 Naar: Matteüs 18:20
2 Uit: Alles bewoonbaar, Marieke Lucas Rijneveld