Kinderkoorliederen

35| God

Kijk ik hier buiten om me heen,
dan zie ik planten, dieren.
De bloemen bloeien in het veld,
en rondom kruipen mieren.
Hoe kan het toch dat alles leeft?
Waar kom ik nou vandaan?
Dat jij en ik er samen zijn,
dat wij gewoon bestaan?

De zeeën zitten altijd vol
met heel veel druppels water.
De zon is net een warme lamp,
die licht geeft op de straten.
Hoe kan het toch dat alles leeft?
Waar kom ik nou vandaan?
Dat jij en ik er samen zijn,
dat wij gewoon bestaan?

Dat komt nu allemaal door iets,
wat niemand uit kan leggen.
En wat er altijd is geweest,
hoe zal ik dat nu zeggen …?
Maar wat er altijd blijven zal
in mensen, dieren, bloemen.
En nu begrijp ik goed
waarom we dit God zijn gaan noemen.

 

God
When I’m outside and look around,
what I see’s plants and creatures
and lots of flowers in the fields
and more of nature’s features.
Say, how can all this be alive,
and where do I come from?
How can it be that you and I
are part of this whole sum?

The oceans of the world are full
of many tiny droplets.
The sun shines like a big warm lamp
on people walking their pets.
Say, how can all this be alive,
and where do I come from?
How can it be that you and I
are part of this whole sum?

The cause of this is something huge
nobody can explain.
It’s part of everything we see,
the sun and moon and rain.
It’s hard to put it into words,
but it will always be.
When I look at all this
I know that it’s God that I see.

Tekstschrijver(s)
Ed Heijmans
Componist(en)
Tobias Bethlehem
Copyright
Apostolisch Genootschap
Bezetting
Kinderkoor
Terug naar muziekbibliotheek